De kippen, roodborstjes, koolmezen, pimpelmezen en heggenmussen van Steede Hoge Woerd zijn woensdag geringd door Tijs, Kim en Huib van Vogelringstation De Haar. Ze onderzoeken meteen of de vogels drager zijn van het westnijlvirus.
Over een paar weken is de uitslag bekend. Na het ringen en onderzoeken zijn de wilde vogels natuurlijk weer vrijgelaten en de kippen mochten terug naar hun eigen, overdekte hok.
Unieke code
Het Vogelringstation De Haar doet onderzoek naar wilde vogels in Haarzuilens en Leidsche Rijn, in samenwerking met Vogeltrekstation Arnhem. De wilde vogels worden gevangen in netten die voor de vogels slecht zichtbaar zijn. Op de ringtafel krijgt elke vogel van een gediplomeerde vogelringer een ring om de poot. Deze ring bevat een unieke code waarmee de vogel individueel identificeerbaar is, vergelijk het met het kenteken van een auto. Nadat de ring is omgedaan worden een aantal belangrijke maten gemeten, zoals vleugellengte, dikte van de poot, het gewicht en voor specifieke vogelsoorten ook nog maten als de snavellengte, snavelhoogte, kop-snavel en de ‘tarsus’.
Welke komen waar voor
Alle informatie wordt vastgelegd in een database van het Vogeltrekstation. Ornithologen en biologen maken gebruik van deze onderzoeksgegevens. Door het ringonderzoek wordt duidelijk welke soorten vogels waar voorkomen en in welke aantallen. Ook wordt zo de verhouding duidelijk tussen jonge vogels en de volwassenen, het aantal mannetjes en vrouwtjes, het aantal broedsels in een jaar, het broedsucces maar ook de verspreiding van de vogels over het gebied. De vogels die worden gevangen zijn representatief voor de vogels in het gebied.
