De faculteit diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht start binnenkort een onderzoek naar de gevoeligheid van katten voor het coronavirus. Hiervoor sluit de faculteit aan bij onderzoek vanuit de ziekenhuizen waarbij in een vragenlijst voor zorgmedewerkers die besmet zijn geraakt, de vraag wordt toegevoegd of ze een kat hebben.
Als deze zorgmedewerkers een kat hebben, willen mensen van de universiteit langskomen om daar monsters van te nemen. Onderzoeker Els Broens van de faculteit Diergeneeskunde is één van de projectleiders van het onderzoek. “Volgens de informatie die we nu hebben denken we niet dat katten bijdragen aan de verspreiding van het virus. De overdracht van mens op mens is het allerbelangrijkste en katten spelen een verwaarloosbare rol.”
Van mens op kat?
In China is geprobeerd om honden, katten, fretten, kippen, eenden en varkens opzettelijk met het virus te besmetten. Bij een paar fretten en katten is dat gelukt. “Maar dat is niet hoe het in de natuur gaat.” Daarom wil Broens graag onderzoeken of een ziek mens een kat kan besmetten en of een besmetting van kat naar kat kan gaan, hoe goed dat gaat en of die katten dan ook een infectie doormaken.
Onderzoekers van alle departementen binnen de faculteit Diergeneeskunde zijn betrokken bij het onderzoek en werken samen met Wageningen Bioveterinary Research en ErasmusMC. Broens hoopt dat het volgende maand kan beginnen.
