Extra capaciteit buurtteams Jeugd en Gezin voor verstevigen samenwerking met huisartsen

Foto: pexels

De buurtteams Jeugd en Gezin zouden nauwer moeten samenwerken met de huisartsen. Zij krijgen nu extra middelen van de gemeente om in die samenwerking te kunnen investeren.

Dat is het gevolg van pilot in zes Utrechtse huisartsenpraktijken, waarin werd gekeken naar vormen van extra ondersteuning op het gebied van jeugd- en gezinshulp in de praktijk. Alle betrokkenen – ouders, huisartsen, ondersteuners – zien de meerwaarde van die extra ondersteuning. De huisarts is vaak het eerste aanspreekpunt voor gezinnen voor lichamelijke en psychosociale klachten. De Huisartsen Utrecht Stad (HUS) gaven eind 2018 aan dat zij meer ondersteuning nodig hebben op het gebied van jeugd- en gezinshulp. Eind 2018 hebben de HUS, de gemeente en de buurtteams daarom afgesproken om een pilot te starten om te kijken welke ondersteuning op de huisartsenpraktijk gegeven kan worden.

Gezinswerker

De pilot liep van april 2019 tot eind 2019 en er zijn drie varianten geprobeerd: de inzet van een gezinswerker van het buurtteam, de inzet van een medewerker van Extr@ (specialistische jeugdhulp) en de inzet van een praktijkondersteuner huisarts (POH)-jeugd. Alleen de laatste variant – inzet van een POH-jeugd – bestond al voor de pilot. Zes huisartsenpraktijken namen deel aan het project: vanuit Centrum, Utrecht Oost, Ondiep, Zuilen, Kanaleneiland en Leidsche Rijn.

Meerwaarde

In de zes praktijken hebben de ondersteuners in de onderzoeksperiode afspraken met zo’n 100 jeugdigen en/of ouders gehad. Alle betrokkenen, bij alle varianten, zien de meerwaarde van ondersteuning in de praktijk. Wethouder Jeugd Eelco Eerenberg: “Alle mensen die betrokken zijn geweest bij deze pilot geven aan dat het vooral belangrijk is dát er ondersteuning is. En doordat het op een plek is die mensen kennen, de huisartsenpraktijk, is het enorm laagdrempelig. Zo kunnen kinderen en ouders met zorgen en vragen snel de weg naar de juiste zorg vinden en tegelijkertijd worden de drukke huisartsen wat ontlast.”

Leerpunten

Er kwamen ook leerpunten naar voren: de samenwerking tussen huisarts en ondersteuner vraagt tijd en energie en onderling goede afspraken maken. “Ook blijft het belangrijk om per praktijk te kijken wat nodig is. Elke wijk in Utrecht heeft weer een andere populatie. Dit zorgt er ook voor dat de vragen die ouders of kinderen hebben kunnen verschillen per wijk. Maar het is wel een mooi voorbeeld van hoe we de jeugdhulp in Utrecht organiseren: dichtbij en op maat.”, aldus Eerenberg.

Vervolg

De gemeente Utrecht wil deze ondersteuning graag verder faciliteren. Het sluit aan bij het Utrechts model waarin basishulp centraal staat en aanvullende hulp ingezet wordt waar dat nodig is. En het past bij de brede en generalistische blik en functie van de huisarts. Daarom stelt de gemeente de komende twee jaar zes FTE extra beschikbaar aan de Buurtteams Jeugd en Gezin om te investeren in de samenwerking met de huisartspraktijken. Bij die samenwerking maken buurtteams en huisartsen samen ook gebruik  van de informatie over de populatie van die praktijk en wijk. In de ‘Praktijkwijzer’ die naar aanleiding van dit onderzoek gemaakt is, staan adviezen en tips over hoe de ondersteuning op een goede manier vorm te geven.

 

 

Cookieinstellingen