Een stad die volledig draait op hernieuwbare materialen en afval gebruikt als grondstof; dat is de stad die Utrecht wil zijn in het jaar 2050. Die circulaire stad – zo heet dat constante hergebruik van grondstoffen – bereik je niet van vandaag op morgen maar in een aantal stappen. De uitwerking van de eerste stap staat opgeschreven in het actieprogramma Utrecht Circulair 2020-2023 dat het college vrijdag naar de gemeenteraad heeft gestuurd.
“Utrecht wil zo snel mogelijk een volledig hernieuwbare stad worden, om te zorgen dat grondstoffen niet uitgeput raken”, zegt wethouder Klaas Verschuure. “Producten, gebouwen en materialen moeten dan wel zo ontworpen en gemaakt worden dat we ze makkelijk opnieuw kunnen gebruiken. Hiervoor biedt Utrecht aan circulaire bedrijven een goed vestigingsklimaat en leiden we in het onderwijs mensen op die mee kunnen werken.”
Kringloop
Tot en met 2023 geeft Utrecht zichzelf de tijd om circulair te leren en te innoveren. Voor deze periode zijn een aantal prioriteiten gesteld. Belangrijk voor een groeiende stad is om zoveel mogelijk circulair te bouwen. Dat betekent dat er materialen gebruikt worden die gerycled zijn. Daarom heeft Utrecht twintig gebiedsontwikkelingen en projecten geselecteerd waar kringloop prioriteit heeft. De Merwedekanaalzone, Cartesiusdriehoek en de Cultuurvoorziening Berlijnplein behoren in ieder geval tot deze selectie.
Circulair werken
Naast (het aanjagen van) dit ‘kringloopbouwen’ gaat de gemeente zelf steeds meer circulair werken. Zo wil de stad in 2023 minimaal een derde van de producten en diensten circulair inkopen. Ook wordt de afvalinzameling steeds meer ingericht op hergebruik. Circulaire bedrijven zorgen voor een gezonde- en duurzame economie en voor werkgelegenheid. Reden om het vestigingsklimaat voor deze bedrijven te versterken zodat zij hier graag komen. Tot slot werkt de gemeente samen met Utrechtse scholen om circulaire lessen en opleidingen aan te bieden.
