Aswoensdag: begin van de vastentijd

Foto: pixabay

Vandaag, 26 februari, is het Aswoensdag. Het begin van de vastentijd voor christenen en de dag na carnaval, van oudsher een christelijk feest. Veertig dagen lang moet je dan zuinig doen met eten.

Vroeger verdwenen koekjes en snoepjes die je normaal zou eten in een apart trommeltje, waar je zo nu en dan verlangend naar kon kijken. Het idee alleen al dat je al dat lekkers na die veertig dagen allemaal mocht opeten! Het duurt nu 40 dagen tot het Pasen is; deze vastentijd is een soort voorbereiding op het Paasfeest.

Askruisje

In de katholieke kerk krijgen mensen op Aswoensdag een kruisje van as op hun voorhoofd getekend. Het askruisje is een teken van berouw voor verkeerde daden. En het herinnert je eraan dat aan alles een einde komt. Maar as is ook heel vruchtbaar, dus staat het ook voor nieuw leven. Middeleeuwse kerken schermden het hoofdaltaar tijdens de vastenperiode af met een doek. Zo’n ‘hongerdoek’ was een teken van soberheid. Deze werd daarnaast gebruikt om het kerkgedeelte voor de geestelijken te scheiden van de ruimte voor de gelovigen. Ook verwees de hongerdoek naar het ‘voorhangsel’ in de tempel te Jeruzalem dat in tweeën scheurde toen Jezus stierf. De doeken werden in de loop der jaren steeds rijker versierd, maar verdwenen in de achttiende eeuw.

40 dagen

De vastentijd duurt veertig dagen omdat Jezus zelf evenveel dagen door de woestijn zwierf zonder eten. Die vastendagen zijn trouwens verspreid over zes en een halve week: op de zondagen tussen Aswoensdag en Pasen hoef je niet te vasten. Het is een serieuze periode: gelovigen staan stil bij het feit dat Jezus veel geleden heeft. Maar ze denken ook aan mensen die altijd weinig te eten hebben. Veel kerken houden daarom ook een actie om geld in te zamelen voor de arme landen. Tijdens de vastenperiode denk je na over de manier van leven. Dat en het vasten voor een bepaalde tijd zie je ook terug in andere godsdiensten. Denk maar aan de Ramadan.

(bron: weetwatjeviert)

 

Cookieinstellingen