Bat030 is een club vrijwilligers die zich bezighoudt met vleermuizen. Het doel: kijken of de vleermuispopulatie groeit, gelijk blijft of krimpt. Voor Leidsche Rijn, Vleuten en De Meern worden nog vrijwilligers gezocht.
Vleermuizen hebben een beetje een eng imago door dracula en allerlei enge films, maar ze zijn heel nuttig voor de leefbaarheid in de stad. Gitty Korsuize is stadsecoloog in Utrecht en kan zo enthousiast over vleermuizen vertellen dat je ze gewoon leuk gaat vinden. “Vleermuizen eten muggen en kleine motjes. Daardoor houden ze de stad leefbaar. Als er geen vleermuizen meer zouden rondfladderen, is het een stuk minder aangenaam buiten.”
Spouwmuren
Vleermuizen houden zich overdag veelal schuil in gebouwen, vooral in de spouwmuren. Gitty: “Ze kunnen gewoon in jouw huis in de spouwmuren zitten zonder dat je dat weet. Vleermuizen zijn een beschermde diersoort dus als ze er zitten moet je ze officieel ook laten zitten.” Dat geldt ook voor de verblijfplaatsen van de vleermuizen, die mag je ook niet aantasten. “Vleermuizen zijn erg honkvast. Ze hebben een paar vaste plekken waar ze elk jaar naar terug keren. Die plekken moet je officieel in stand houden omdat de vleermuis anders kan vertrekken.” Gitty lacht: “Dus spouwmuurisolatie mag dan eigenlijk ook niet als je weet dat er vleermuizen huizen.”
Bat-detector
Bat030 wil in kaart brengen waar welke vleermuissoort leeft. Dat doen vrijwilligers door met een ‘bat-detector’ een bepaalde route te fietsen. Die detector vangt de geluiden op die vleermuizen maken – wij horen die niet – en vertalen die naar iets hoorbaars voor ons. Met een beetje oefening kun je zo de verschillende soorten herkennen, net als bij vogels. “Zo weten we straks waar welke populatie leeft.” Prangende vraag is natuurlijk: waarom willen we dat weten? Gitty: “Vleermuizen zijn een nuttige schakel in de voedselketen en we willen er niet te laat achter komen dat de populatie heel erg achteruit is gegaan. Als we nu een teruggang zouden constateren, dan kunnen we maatregelen nemen zoals het beschermen van locaties. Of misschien een ander soort isolatiemateriaal adviseren. Maar eerst moeten we ze in kaart brengen.”
En daar zijn vrijwilligers voor nodig. Heb je belangstelling? Stuur dan een mailtje naar [email protected].
